Als je je collega’s vertelt dat je Pinksteren in een tentje op de camping hebt doorgebracht, wordt je toch wel beetje voor gek verklaard. Tja, het is er de lente niet naar. Toch hebben we het wel eens slechter meegemaakt. Een jaar of tien geleden zaten we in Winsum, ja ook in de buurt van waar we nu waren, en was het zo slecht dat een aantal deelnemers voortijdig huiswaarts keerden. Dat was nu niet het geval. We begonnen weliswaar met regen op de zaterdagochtend maar dat ging voorbij en daarna is het het hele Pinksterweekend droog gebleven. Helaas was het veldje behoorlijk nat en veranderde van lieverlee in modderige stukjes. Helaas moesten we het zonder zon stellen.Dit jaar was de groep 22 personen groot en was de helft jonger dan 20 jaar wat toe te schrijven was aan het grote aantal jonge introducees, waaronder een Argentijnse jongedame genaamd Iara, die een jaar in Nederland op leerstage was.
Op zaterdag stond de stad Groningen op het programma. Enigszins verlaat met auto’s en karren naar het centrum van Groningen om de singel rond het centrum te bevaren. Alleen Janneke en haar vriend Jelle kozen er voor Groningen met de benenwagen te bekijken. Met de Njordees met jeugdige bemanning en een grijze en rijpere stuurman, met een groepje kajakkers eromheen, waren ook wij die middag ook een bezienswaardigheid en zijn op heel wat plaatjes vastgelegd. De tocht was de moeite waard. Veel te zien, het fascinerende museum en de moderne gebouwen er omheen, prachtige architectuur, de Martini-toren en woonboten in goede en vervallen staat, waarbij opvallend veel tot woonboten omgebouwde oude vrachtschepen. Eenmaal meerden we met de Njordees aan een bouwvallige woonboot aan. Een van de jongens wilde met de peddel op de deur tikken, maar deed het uiteindelijk niet, bang er door heen te slaan, en de boot bleek toch nog bewoond te zijn. Vlak bij de Martini-toren werd een pauze ingelast om even het centrum in te lopen. Natuurlijk richting Martini-toren, prachtig maar helaas daarachter een kermis. In dit geval geen helaas voor de jongeren, want die hadden meer oog voor de kermis. Nienke en Simon pakten nog snel even een bloedstollende attractie waarbij de gedachte alleen al mij misselijkheid en bibberende knieën bezorgden. Anderen kozen voor snack en suikerspin. Na dit prachtige uitstapje de avond erop aan de barbecue. Het vuur daarvoor was tevens een aangename warmtebron. Een uitermate gezellig avond, waarbij aan het einde van de avond de jeugd zich terugtrok op een idyllisch plekje van deze overigens prachtige camping.
Op eerste Pinksterdag sloot Eric zich bij ons aan. Die dag twee te varen tochten naar keuze. Een deel nam de lange tocht van ca. 20 km wat met name door het buitengebied voerde, waar ook de jongere jeugd Eveline en Rick aan deelnamen die de tocht goed wisten uit te varen, een mooie prestatie. Evenals Simon, die voor het eerst in een kajak stapte en bij de start al wiebelend en onwennig zijn weg moest zoeken maar uiteindelijk de slag goed te pakken kreeg. Heel bijzonder als je nog nooit hebt gekajakt. Lidy en ik sloten ons aan bij de groep van de korte tocht, wat een rondje Appingedam inhield. Een leuk plaatsje met een heel aardige nieuwe haven en een prachtig oud grachtje tussen de huizen door. Maar wat was het er een stille boel. Rondje Appingedam bleek toch wel wat kort te zijn en we voelden er wel voor om door te varen naar Delfzijl, dat nagenoeg aan Appingedam vast ligt. Een deel van onze groep koos ervoor om terug te gaan waardoor er die dag uiteindelijk zelfs drie afstanden zijn gevaren. Met een klein groepje (zie foto’s Delfzijl) door naar Delfzijl. Daar naast het centrum uit de kano en richting haven gelopen. Ook daar een kermis, waar we ons eerst door moesten worstelen alvorens in het havengebied te komen. Ook daar konden we over de mensen heen lopen, bleek er van alles te doen te zijn, kraampjes en allerlei demonstraties. Onder andere een man met een paar straalmotoren onder zijn voeten die met veel kracht water uitspuwden en hem rechtstandig omhoog stuwden. Een duiker in een bak water, abseiling en straatartiesten met o.a. Jack Sparrow. Met moeite een plaatsje op het terras en aan het ijs en appelgebak. Nadat we vervolgens nog het grote marineschip hadden bekeken, op verzoek van Nienke, terug naar de kajaks en weer richting Appingedam en camping. Leuke tocht door een hoofdzakelijk bewoond gebied, met natuurlijk weer enkele dure wijken waar het jacht aan de eigen tuin ligt aangemeerd. Op de terugweg nog even aangelegd bij de plaatselijke kanovereniging en hun bijzonder beeldwerk aan de overkant op de foto gezet. Uiteindelijk toch nog zo’n 13 km gevaren. Van de drie groepen als laatste terug en we konden voldaan de dag afsluiten met heerlijke koek uit de streek. Gelukkig had Bert weer een kuub oud meegenomen en werden de vuurschaal van Marlies het kacheltje van Bert en Ineke aangestoken en zaten we uiteindelijk wat te doezelen rond de vuurtjes. Althans de oudjes, want de jeugd had weer hun plekje buiten de camping opgezocht.
Tweede Pinksterdag nog een korte tocht en dan naar huis. Net als de dag ervoor een start aan de camping in de tegenovergestelde richting van Appingedam. De Njordees was weer bemand met een andere bemanning. Gijs-Jan en Kirsten kozen voor een canadees. Ineke’s kleinzoon Samuel mocht deze tocht op eigen kracht varen en liet zich niet onbetuigd. Dapper peddelde hij tussen de andere boten en een Duracell kanootje was er niets bij. Uiteindelijk was ook zijn batterij leeg en nam Bert hem op sleep. Na 45 minuten pauze en daarna dezelfde weg weer terug. Ging vlot, maar het tempo van de canadees bleef wat achter, waarop Simon de plaats innam van Kirsten, die zich de dag ervoor al had bewezen in de kajak en daar duidelijk harder mee kan varen dan met een canadees. Het tempo van de canadees verdubbelde ongeveer en de achterstand werd snel goed gemaakt. Rond 18. 00 uur was iedereen weer in Lochem en kon worden teruggezien op een mooi weekend in een mooi kanogebied. Zie fotoalbum
http://www.lkv-njord.nl/fotoboek.php?id=165