TOCHT OUDE RIJN 10 April 2005.
Zondagochtend vroeg op. Een beetje druilerig weer met motregen.. Nog even heb ik getwijfeld of we de tocht wel door moesten laten gaan, maar toen het toch droog werd, was er geen twijfel mogelijk. Vandaag zou ik mijn eerste kanotocht van dit jaar varen. Om 8. 20 uur was ik bij het botenhuis. Anne en Remco Prins waren er al en Hans Maarse, waarmee ik had afgesproken, dat hij zou rijden, arriveerde kort daarop. Samen vlot de kano?s geladen en op naar Elten, waar we Gert Jan Ruesink bij ons startpunt zouden treffen. Een mooie autorit bij bewolkt, maar droog weer. Al enkele dagen zaten de weersverwachtingen er helemaal naast. Er werd voor dit weekeinde regen, hagel en onweer voorspeld.
Net buiten Elten moesten we wachten voor de ?spoorbomen? of wat daarvoor door- gaat. Een soort ?hekken? van rood wit gestreept lint, die met de hand bediend worden. Hans veronderstelt, dat er een stoomtrein of iets dergelijks zal komen vanwege deze ?gelegenheids-spoorbomen met de bedieners? erbij. Ik constateer dat er kennelijk nog iemand is die vanochtend wil gaan kanoen, omdat ??n van de auto?s voor ons een kano op het dak heeft.. Na enkele minuten zegt Hans: ?Is dat Gert Jan niet met die kano op het dak?? En ja hoor, dat was hij. Niet zo toevallig dus. Vervolgens passeert er op de overgang een gewone sneltrein en Gert Jan weet even later te vertellen, dat hij vorig jaar ook al voor dezelfde flexibele bomen moest wachten voor een passerende trein. Vreemde overgangbewaking hebben die Duitsers.
Na net over de grens weer in Nederland aan de weg van Elten (D) naar Lobith (N), de boten afgeladen te hebben, moesten Anne en Remco wachten tot de anderen ??n van de auto?s en de botenwagen naar het eindpunt hadden gebracht. Ik ging ook mee, omdat het eindpunt lastig te vinden was en ik het per slot vorig jaar ook had gevonden. We vonden het vlot, ondanks een keer een verkeerde afslag,
Bij terugkomst bleken Remco en Anne alle boten al klaar te hebben gelegd bij een gunstige instapplek. Na een korte (vanwege de koude wind) koffiepauze konden we tegen 11.30 uur vertrekken. Op het water tussen de rietkragen bleek het aanmerkelijk meer beschut en aangenamer van temperatuur en zeker als je in beweging bent, was het gewoon lekker.
Tijdens het varen, met Remco voorop, konden we genieten van het mooie landschap, het water, de paarden in de weilanden en op de dijk en vooral ook van de vele watervogels, zoals zwanen , ganzen, eenden, waterhoentjes en nog verschillende anderen die ik niet bij naam ken. Ook zagen we een flinke dikke wilgenboom, waar de stam tot aan het midden was doorgeknaagd door bevers.
Bij onze stops heb ik, terwijl de anderen gezellig zaten te kletsen, de gelegenheid te baat genomen om mijn voorraad brandnetelthee aan te vullen met flink wat mooie jonge exemplaren. Hans en Anne hebben enkele van de vele muskusrattenkooien, die we onderweg tegenkwamen, aan een inspectie onderworpen en geconcludeerd, dat ze momenteel dicht zaten en dus buiten gebruik waren. Waarom? Dat weten wij niet. Tijdens het laatste stuk van de tocht begon het wat te miezeren (in de middag zouden er opklaringen komen), waardoor we een geplande tweede stop oversloegen.
Deze tocht, door afwisselend waterlandschap, eindigde in de Jezuitenwaai, een soort meertje aan de Oude Rijn. Aan land gekomen moesten we de boten nog de dijk op en af dragen om bij de kanowagen te komen. Bij dat laatste moesten we wel even opletten, vanwege een heel glibberig (door het vochtige weer) paadje, waar ik natuurlijk toch op uitgleed. Gelukkig had ik mijn multifunctionele kleedje bij me, waardoor ik ook op de terugweg in de auto van Hans mocht plaats nemen.
Maar voor die tijd werden we onder aan de dijk nog opgewacht door een mijnheer in een terreinwagen,die de eigenaar van het meertje en de aangrenzende grond bleek te zijn. Na onze kanowagen te hebben gesignaleerd aan zijn paadje, wilde hij ons graag vertellen, dat hij liever niet wilde dat wij daar aan land gingen. Niet om ons, maar om te voorkomen, dat anderen het zien en binnen de kortste keren hordes kano?rs op zijn priv? terrein aan land gaan, met alle risico?s van dien voor zijn eigendommen.
Tegen 17.00 uur arriveerden we volgens planning moe maar voldaan (Remco en ik konden onze ogen onderweg niet openhouden) bij het botenhuis.
We kunnen een ieder aanraden, eens kennis te maken met dit gebied. Maar let op, voor wie deze tocht ook of nog eens wil maken, je moet dan doorvaren tot aan het gemaal en daar uitstappen, of een stukje eerder bij de brug over het water tussen Oud Zevenaar en Pannerden. Bij de laatste optie mis je toch een uniek stukje van dit mooie landschap.