Hans-Hans
en een grietje op het zwanen meer.
Op
een mooie zondag in oktober ging de wekker bij het grietje erg vroeg
af. Ze stapte uit bed, kleedde zich sportief aan ging ontbijten en
maakte alvast de lunch voor die dag klaar. Ze stond op het punt om de
deur achter zich dicht te trekken toen ze ontdekte dat het half 6 was
in plaats van half 8. Ze ging maar weer terug in bed. Op de goede
tijd ging ze met haar koets naar de kanovereniging in Lochem. Bij de
kanovereniging aangekomen ontmoette ze Hans en Hans.
Samen
gingen ze met de kanokoets op weg naar Nunspeet. Ze volgden de
stukjes brood van klein duimpje en kwamen zo bij een camping met
haven aan. Hier wilden ze nooit gaan kamperen zeiden ze tegen elkaar.
De snoepgoed huisjes stonden hutje mutje.Ze gingen veel liever met de
kano het zwanenmeer op.
Hans,
Hans en het grietje deden hun bal kleren aan. Hans had nieuwe extra
hoge surfschoenen laten maken door Repelsteeltje en Assepoester kwam
erachter dat zij 2 verschillende muiltjes bij zich had, gelukkig was
de 2e de
laars van haar reus en niet van haar kabouters zodat ze toch met 2
muiltjes kon varen.
Het
was prachtig zonnig weer en ze peddelden rustig langs het eiland in
het midden van het zwanenmeer. En waar ze ook keken ze zagen overal
zwanen.
Ze
probeerden ze wel te tellen maar dat lukte niet omdat het er te veel
waren. Aan de overkant gingen ze rechts af richting Harderwijk. Langs
de waterkant legden ze even hun kano op het droge en genoten ze
liggend op het kleed van Alladin van de zon en een kop koffie/thee.
Weer terug in de kano op het water troffen ze niet veel later 2 niet
nobele heren aan. Die waren aan het spelevaren met hun ?paard?
vlak voor de kano van het grietje. De ene ging links voor haar langs
en de andere rechts.
De
golven die zij en een net voorbij varend schip maakten kwamen van
alle kanten. Gelukkig kon het grietje goed met deze golven omgaan en
zag zij de 2 niet nobele heren afdruipen. Zij waren voor haar geen
prinsen op het witte paard.
Bij
het surfstrand van Harderwijk was hun 2e
pauze, nu hadden zij de west oever gehad.
Daarna
staken zij weer het water over en gingen rechtsaf richting Nunspeet.
Land in zicht riep kapitein Hans op 60 graden, hij was in het
gelukkige bezit van een kompas. Hans had een schatkaart bij zich en
hierop was hun volgende pauzeplaats zichtbaar. Maar kunnen ze daar
wel doorvaren en aan wal gaan? Er ligt een zwarte balk in het water!
Ze moeten helemaal om varen.
Toen
ze echter dichter bij kwamen zagen ze honderden waterhoentjes als ?de
ratten van Hamelen? naast elkaar zwemmen. Het was een schitterend
schouwspel, zeker toen ze iets op vlogen en wegzwommen. Alsof ze naar
een mooie dans op het bal van Assepoester keken.
Tijdens
hun laatste pauze kregen Hans, Hans en het grietje nog een show te
zien maar dan in de lucht en niet van de vele zwanen die er zwommen
en vlogen maar van 2 vliegtuigen. loopings, pirouette te gevaarlijk
om waar te zijn.
Voldaan
kwamen ze na weer een tijdje gevaren te hebben in de haven weer aan.
Ze keken elkaar aan en zeiden dat het een schitterende tocht was en
ze vaarden nog lang en gelukkig.
Sprookjes
vertelster Lidy
Zondag 18 oktober laadden Lidy, Hans
en Hans de kayaks op de trailer voor een tocht op de Randmeren. Met
de zon in de rug reden we richting Nunspeet. Hier en daar viel een buitje,
wat prachtige regenbogen opleverde. Bij camping de Pol werden de boten
in het water gezet. We vertrokken in noord oostelijke richting. Onmiddellijk
werd duidelijk werd duidelijk waarom dit water het Zwanenmeer wordt
genoemd. Elke witte stip op het water was een zwaan. Zover je kon kijken
zag je witte stippen. Dichterbij komend zwommen de zwanen opzij of namen
klapwiekend de benen. Het water is slechts 50 cm diep. Dit verklaart
het grote aantal zwanen. Ze kunnen precies met hun snavel bij de bodem.
Na het ronden van de eerste drie eilandjes en het oversteken van de
vaargeul volgde de eerste stop. Daarna verder naar het Flevostrand voor
stop 2, een afstand van acht kilometer. Er stak een heel licht windje
op dat samen met enkele boten wat golfslag veroorzaakte. De zon zorgde
voor prachtige Hollandse luchten. Na de stop zijn we om het eiland De
Kluut naar Pierland gevaren. Voordat we daar aankwamen verbaasden we
ons over een lage zwarte dam die niet op de kaart stond. Dichterbij
gekomen bleken dit vogels te zijn, duizenden meerkoeten. We hebben foto?s
gemaakt en zijn er voorzichtig omheen gevaren. Toch kon je niet voorkomen
dat aan de rand vogels met veel geraas opvlogen, om honderd meter verderop
weer neer te strijken. De laatste stop was op Pierland een wat groter
onbewoond eiland met aanlegplaatsen voor jachten, ? 1,00 per meter.
De laatste restjes uit de thermoskannen werden soldaat gemaakt om daarna
terug te varen naar het beginpunt.
Kort samengevat: een supertocht van
21 km, met veel water, veel natuur, Hollandse luchten en nagenoeg geen
scheepvaart.
Hans M.